• Opening

Kunnen we de sfeer in de kerk beschrijven? Verschilt die van andere plekken?

In de kerk
Wanneer de kinderen naar voren komen om naar de kinderwoorddienst te gaan, vraag de voorganger dan (of vraag het zelf) of de kinderen eens heel goed willen kijken en voelen wat de sfeer in de kerk is en dat ze dat proberen te onthouden. Vraag de voorganger de kinderen een kaars mee te geven naar hun eigen ruimte.

In de eigen ruimte
In de eigen ruimte legt u een paars kleed neer (de liturgische kleur van de Veertigdagentijd).
Leg het vilt met de afbeelding van de vorige (2e) zondag erbij.
Zet de kaars erbij en steek hem aan, maak een kruisteken en bid het gebed of het Onze Vader.

Zing of lees het 40 dagenliedje (dit kan ook als uitzendliedje gebruikt worden als de kinderen de kerk verlaten). Vraag de kinderen of ze de sfeer kunnen beschrijven in de kerk. Help ze zonodig op weg:
Wat is het verschil in sfeer bijvoorbeeld met een voetbalstadion?
Wat doe je allemaal in een kerk? (zingen, bidden, uit de Bijbel lezen, te communie gaan).
Zijn dat dingen die je ook ergens anders doet?
Zou je in de kerk een voetbalwedstrijd willen houden of volgen?
Waarom wel of niet?

Vertel dan het verhaal van deze zondag.