Header Sfeerbeeld nazomer potten met stiften school begint

steun adv kwd

Volg ons op facebook

De boetepsalmen zijn die psalmen waarin de dichter zijn berouw en spijt tegenover God uitspreekt. Men nam aan dat koning David deze zeven psalmen had geschreven voor zijn eigen boetedoening.

De Veertigdagentijd stond in de vroege kerk geheel in het teken van de voorbereiding van de catechumenen, de volwassenen die gedoopt wilden worden in de Paasnacht. Ze hadden nog veertigdagen en in deze veertigdagen werd hen een soort samenvatting van de belangrijkste geloofswaarheden geboden. Omdat ook reeds lang gedoopten veel konden leren van deze samenvatting, kwamen de lezingen die er bij deze intensieve geloofscursus hoorden terecht in de liturgie. 

De eerste zondag van de veertigdagentijd staat in het teken van de beslissing. Waarvoor kies je? Kies je voor of tegen God? Voor of tegen het goede?  In de eerste lezing horen we dat terug in het verhaal over Adam en Eva die toch eten van de boom van de kennis van goed en kwaad, ondanks Gods verbod. In de tweede lezing, in de brief aan de Romeinen legt Paulus het verband tussen de zondeval zoals beschreven in Genesis, en de kwijtschelding van onze zonden die ons door Jezus wordt geschonken. In het Evangelie horen we hoe de duivel probeert om Jezus te verleiden om zijn voornemen om God te dienen los te laten. En de Psalm is een boetepsalm, de Psalmendichter bekent daarin zijn strijd met zijn eigen tekortkomingen.

Psalmen
koning david harpDe psalmen zijn gedichten die ontstaan zijn in de joodse traditie. Van veel van deze gedichten veronderstelt men dat ze gezongen werden in de tempel en bij religieuze plechtigheden. Sommigen psalmen worden ook voorafgegaan door een aanwijzingen gericht aan de koorleider. Andere psalmen roepen uitdrukkelijk op om te zingen en te spelen voor God op een harp of een tamboerijn. 
In het boek Psalmen in de Bijbel vinden we 150 psalmen. Daarnaast staan er nog enkele psalmen verspreid over de andere Bijbelboeken. 
Veel van de psalmen worden toegeschreven aan koning David. Uit het taalgebruik van de psalmen of het onderwerp van de psalm kan men soms opmaken dat deze toeschrijving niet terecht is. 
In de liturgie van een eucharistieviering wordt altijd ten minste één (deel van een) psalm gebeden of gezongen. Het is deze versie van de psalm die wij als uitgangspunt hebben gebruikt voor de kinderwoorddiensten. Dus niet de psalm zoals je hem terugvindt in je Bijbel. 

Boetepsalmen
Er zijn psalmen voor velerlei gelegenheden. De boetepsalmen zijn die psalmen waarin de dichter zijn berouw en spijt tegenover God uitspreekt. Met name in de Middeleeuwen waren juist deze psalmen heel populair. De denkwereld van de modale middeleeuwer werd beheerst door angst voor de eeuwige straf die hij zou oplopen voor zijn begane zonden of omwille van de erfzonde in het algemeen. Boete en boetedoening stonden dus centraal in de religieuze praktijk. Slechts door het tonen van berouw en via de biecht kon men de redding van zijn ziel bewerken. 
Het dagelijks reciteren van de zeven boetepsalmen (de psalmen 6, 31, 37, 50, 101, 129 en 142) was een belangrijk middel om boete te doen. Men nam aan dat koning David deze zeven psalmen had geschreven voor zijn eigen boetedoening waardoor ze werden opgenomen in het dagelijks koorgebed. 
De boetepsalmen werden gelezen bij de ziekenzalving en tijdens de stervensbegeleiding en de uitvaart. Men kon ze ook reciteren op bijzondere kerkelijke feestdagen zoals Aswoensdag. Men las de boetepsalmen uiteraard ook om zijn eigen zonden te bekennen en zijn berouw te tonen. Hoe belangrijk boete en berouw waren kan men afleiden uit het feit dat de boetepsalmen in nagenoeg elk getijdenboek waren opgenomen. 

Achtergronden bij Psalm 51
 
Ps. 51,3-4.5-6a.12-13.14 + 17psalm 51 quit gloriaris in malitia qui potens es in iniquitate doeh kills achimelech en the priests of nob psalter of eleanor of aquitaine ca. 1185 kb 76 f 13 folium 074v
Antifoon: Heer, ontferm U, wij hebben gezondigd.

God, ontferm U over mij in uw barmhartigheid, 
delg mijn zondigheid in uw erbarmen.
Was mijn schuld volkomen van mij af, 
reinig mij van al mijn zonden.

Ik erken dat ik misdreven heb, 
altijd heb ik mijn vergrijp voor ogen.
Jegens U alleen heb ik gezondigd, 
wat U tegenstaat heb ik gedaan.

Schep in mij een zuiver hart, mijn God, 
geef mij weer een vastberaden geest.
Wil mij niet verstoten van uw Aanschijn, 
neem uw heilige Geest niet van mij weg.

Geef mij weer de weelde van uw zegen, 
maak mij sterk in edelmoedigheid.
Heer, maak Gij mijn lippen los, 
dat mijn mond uw lof kan zingen.

Als je zorgvuldig het opschrift boven de psalm leest, zie je dat de eerste twee verzen van deze psalm voor deze zondag zijn weggelaten. Ze luiden: 

1 Voor de leider van de muzikanten, een zangstuk op naam van David: 
2 toen de profeet Natan naar hem toe gekomen was na Davids omgang met Batseba. (Willibrordvertaling)
 
Het is wel begrijpelijk dat dit opschrift wordt overgeslagen. Het verwijst naar een heel concreet verhaal uit het Oude Testament over David. Je kan dit spannende verhaal nalezen in het tweede boek Samuel, hoofdstuk 11 en 12. David speelt in dit verhaal een uitermate kwalijke rol. We hebben dit verhaal weggelaten uit de kinderwoorddienst omdat het niet zo geschikt is om aan kinderen te vertellen. In de meeste kinderbijbels is het ook niet te vinden. Maar als achtergrond voor de leiding is het zeer interessant. Dit opschrift wordt dus weggelaten om de psalm algemener toepasbaar te maken. Lieten we het staan dan zou het ons maar in de verleiding kunnen brengen om te denken dat deze psalm exclusief geschreven is voor mannen die overspel plegen en moorden. Terwijl de psalm juist heel algemeen te bidden is. En zo is hij deze zondag ook bedoeld. We staan aan het begin van de veertigdagentijd en worden uitgenodigd om te kiezen voor het goede en het kwade achter ons te laten. 

Achtergrond bij de veertigdagentijd
We vieren de eerste zondag van de Veertigdagentijd. Deze periode begint bij Aswoensdag en loopt door tot Pasen.
vasten2In deze periode, die 46 dagen duurt, zijn de zes zondagen geen vastendagen. De andere dagen kunnen we vasten. De wijze waarop we vasten is niet meer voorgeschreven, behalve voor Aswoensdag en Goede Vrijdag. Dan onthouden we ons van vlees en eten we één maaltijd extra matig. Steeds meer mensen gebruiken de Veertigdagentijd om te werken aan een gedragsverandering. Ze kijken geen of minder televisie, eten geen suiker of drinken geen alcohol. Ook met kinderen zijn hierover heel goed afspraken te maken. Vasten wordt veel makkelijker als je het in groepsverband doet. Dat kan vanuit de geloofsgemeenschap, maar ook in de klas of als gezin.

De liturgische kleur in deze tijd is paars. Paars symboliseert de tijd van inkeer, de tijd van boete doen en vasten. We gaan met Jezus op weg naar Jeruzalem. In deze stad wil Jezus Pesach vieren, het Joodse Paasfeest.

Veertig
Het getal veertig en de woestijn lijken in Bijbelse taal bij elkaar te horen. Allereerst is er natuurlijk het grote verhaal van de Exodus en het volk dat veertig jaar in de woestijn zwerft alvorens het beloofde land te vinden. In deze veertig jaren worden ze als het ware opgevoed. Ze ontvangen de leefregels van de Thora en leren gaandeweg met elkaar en met hun God om te gaan.
Ook de profeet Elia maakt een tocht van veertig dagen door de woestijn. Opvallend is dat Elia aan het einde van zijn tocht eveneens gediend wordt door hemelse boden (I Koningen 19,4-8). Later in de veertigdagentijd zullen we Elia opnieuw ontmoeten bij de Verheerlijking op de berg.