• Opening

Met de kinderen gaan we deze  2e Advent op weg met een kunstschilder om na te denken over God. 

In deze adventsweken gaan we op weg met kunstenaars om na te denken over God. Elke week komt een kunstenaar de kinderen ophalen. Elke week wordt er door de kinderen in de kinderwoorddienstgewerkt met de Oud Testamentische lezing om te zien Hoe God met mensen omgaat. Iedere zondag in de Advent maken de kinderen, samen met de kunstenaar hun eigen 'beeld van God', dat in de kerk kan worden tentoongesteld. Uiteindelijk wordt het een grote expositie over 'Beelden van God'.

In de kerk
• In de kerk voegt de kunstenaar zich bij de kinderen voordat ze naar de kinderwoorddienst vertrekken.
De kunstenaar op deze tweede Advent is een kunstschilder.

De begeleider van de kinderwoorddienst kan zich naar eigen inzicht kan verkleden.
TIP: maak het niet te ingewikkeld: een groot overhemd of een schort en/of een kwast en palet in de hand is al voldoende om een typering te geven. 

• Voordat de kinderen vertrekken wordt een lied gezongen. Het lied is speciaal voor het project geschreven en wordt gezongen op de wijs van 'Hoort hoe God met mensen omgaat'. U vindt het lied bij de Extra's.

Wanneer een gezamenlijke start in de kerk niet mogelijk is, zing het lied dan bij de opening in de eigen kinderwoorddienstruimte.

In de eigen ruimte
Neem met de kinderen plaats in een kring. Leg de Adventskrans in het midden op een paars kleed. Hoe u die zelf kunt maken leest u bij de Extra's van de 1e Adventszondag.
Leg een Bijbel op het paarse kleed (als het kan een oude Bijbel).

Laat één van de kinderen de eerste en de tweede kaars aansteken, of steek ze zelf aan. Zing het adventsliedje 'Een groen krans, vier kaarsen' dat u vindt bij de Extra's. Het kan gezongen worden als stapelliedje, of elke zondag een refrein en één coupletje. 

Optie: Het gebed kan nu gebeden worden of het kan bewaard worden voor het slot van de kinderwoorddienst in de eigen ruimte of in de kerk wanneer hun kinderen de kunstwerken laten zien en vertellen wat ze gedaan hebben.

De kunstenaar
Nu neemt de kunstenaar het woord. 

Beste kinderen, 
ik ben kunstenaar. Kunstschilder zoals jullie misschien al vermoeden.
Ik zoek altijd iets wat me kan inspireren om mijn kunstwerken te maken.
Nu heb ik deze (oude) Bijbel (pakt de Bijbel van het paarse kleed) al jaren in de kast staan. Een vriend van mij, een beeldhouwer, vertelde mij dat hij zo veel mooie inspiratie gehaald had uit deze Bijbel. Meestal lees ik de verhalen over Jezus in het Nieuwe Testament want daar ben ik dol op. Maar nu raadde  mijn vriend mij de profeet Jesaja aan!
Nou, dat was best lastige kost, hoor!
Maar gelukkig kon die vriend van mij het wat eenvoudiger vertellen.
Luister maar:

Lees de navertelling.

Na de navertelling neemt de kunstschilder weer het woord.

Weet je, die tekst inspireerde mij. Ik zag voor me hoe God mij knuffelde. Het is jullie misschien wel opgevallen: wij volwassen mensen moeten afstand houden. Jullie mogen elkaar, en waarschijnlijk papa en mama nog wel knuffelen. Maar ik voel mij ongetroost. Meestal kunnen wij God in elkaar nog wel voelen, als iemand dichtbij je komt. En dan geef ik een echte knuffel aan mensen. Nu mag dat even niet. Ik wilde daarom een knuffel schilderen. Misschien kun je je dat wel voorstellen, van die open armen die zich om je heen wikkelen? Zo lekker veilig, en warm.

Maar er zijn heel veel mensen die nu elke dag troost te kort komen, dus ik vroeg mij af…
Zouden we niet samen allemaal open armen kunnen schilderen, dan kunnen de mensen in de kerk, en iedereen die dat wil, altijd een knuffel halen bij de open armen. Zo laten we zien dat God iedereen in zijn armen wil nemen en wil troosten. En als de mensen die naar onze schilderijen kijken het zich dan goed voorstellen, dan kunnen ze de knuffel van God zelfs voelen.

Maar misschien moeten we er eerst even nog over verder praten. Want ik draaf nu wel meteen erg door! En ik ben juist ook benieuwd naar jullie ideeën bij deze vertelling.

Start nu het gesprek met de kinderen. U vindt dat onder de gelijknamige knop.