Header Sfeerbeeld nazomer potten met stiften school begint

steun adv kwd

Volg ons op facebook

Eenentwintigste zondag door het jaar B

Lef

Achtergrond

Hier is informatie te vinden over de context van de lezing of de plaats en tijd in het kerkelijk jaar. Ook kan hier informatie over feesten, personen, gedenkdagen en gebruiken gevonden worden. 

Onbegrip rond Jezus

Dit is de laatste zondag van de broodrede. Vijf weken lang hoorde we delen uit het zesde hoofdstuk van het Johannesevangelie.
Het begon met de ‘Wonderbare broodvermenigvuldiging’; met het jongetje dat vijf broden en twee vissen had: ‘Vijf broden en twee vissen, het was zijn hele schat. Zou jij ze kunnen missen, als jij niets anders had?’, zong het lied van die zondag.
In de achtergrond bij die kinderwoorddienst (29 juli) wordt gewezen op het belang van dit verhaal. Het komt 7x voor in de Bijbel. Tweemaal in het Evangelie van Marcus, twee maal in het Evangelie van Lucas, tweemaal in het Evangelie van Matteüs en éénmaal in het Johannesevangelie. 
Hier bij Johannes is het de opmaat naar wat Jezus over zichzelf gaat zeggen: dat Hij het levende brood is dat uit de hemel is neergedaald.

Vorige week bereikte dit zesde hoofdstuk zijn climax: ‘Waarachtig, Ik verzeker u: als u het vlees van de Mensenzoon niet eet, als u zijn bloed niet drinkt, is er geen leven in u. Maar wie mijn vlees en bloed eet en drinkt, die bezit eeuwig leven: op de laatste dag laat Ik hem opstaan, want mijn vlees is echt voedsel, mijn bloed is echte drank.’

Ook vandaag de dag gaan deze uitspraken mensen soms nog te ver. Het is heel moeilijk voor zulke radicale uitspraken begrip op te brengen. Toch vormen zij de kern van ons geloof. In iedere eucharistie is dit wat er gebeurt op het moment dat door de woorden van de consecratie de priester brood en wijn tot Lichaam en Bloed van Christus transformeert. Om het belang van dit moment te onderstrepen, klinken er dan de belletjes, als om te zeggen: ‘Let nu op, dit is het; hier gaat het om’.
jezus onbegripDe transsubstantiatie, zoals het worden van brood en wijn tot Lichaam en Bloed van Christus heet, is een geloofsmysterie dat niet iedereen even gemakkelijk aanneemt. Deze worsteling van mensen is vandaag, in het laatste deel van het zesde hoofdstuk van het Johannesevangelie, terug te vinden. Velen keren Jezus de rug toe. Dit snappen zij niet; dit gaat boven hun pet; deze ommekeer kunnen zij niet mee maken. Het is te radicaal.

In het Evangelie staat het zo:
‘Toen keerden velen van zijn leerlingen Hem de rug toe en trokken niet langer met Hem mee. Hierop vroeg Jezus aan de twaalf: ‘Jullie willen toch niet óók weggaan?’
Simon Petrus antwoordde: ‘Maar Heer, naar wie zouden we gaan? In uw woorden vinden we inderdaad eeuwig leven. Wij geloven vast en zeker dat U de heilige van God bent.’
We kennen die vraag aan Petrus uit het lied ‘Hij ging van stad tot stad’. Het refrein is daar: ‘Alles heeft Hij welgedaan. Tot wie zou ik anders gaan.’ In het lied wordt niet getracht deze problematiek uit te leggen, maar wordt gewezen op wat er in feite uit voortvloeide: ‘Voor zieken en gewonden had Hij een woord, een onderdak. Hij gaf aan blinden het gezicht. De nacht heeft Hij verdreven, gaf doden weer het leven.’
Niet voor niets wordt er gesproken over het mysterie van de eucharistie. Ten diepste is wellicht niet te begrijpen wat hier plaatsvindt. Het lied spoort ons aan daar niet te lang bij stil te staan maar te gaan doen! ‘Daags voordat Hij gestorven is, heeft Hij het brood genomen: ‘Hiertoe ben ik gekomen, doet dit tot mijn gedachtenis.’ Door te doen, wat Jezus van ons vraagt door Jezus naam te belijden, zullen ook mensen wonderen kunnen verrichten ‘en als een lamp verlichten de lange gang van onze tijd’. Om te doen wat Jezus vraagt, tegen de stroom van de tijd in, dat getuigt van moed en van lef!!

Voor wie het niet kent, hieronder de hele tekst en de melodie van het lied Hij ging van stad tot stad.

hij ging van stad tot stad

Hij ging van stad tot stad, Hij sprak:
"tot u ben Ik gezonden."
Voor zieken en gewonden
had Hij een woord, een onderdak

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Hij gaf aan blinden het gezicht,
de nacht heeft Hij verdreven,
gaf doden weer het leven.
Waar Hij voorbijging werd het licht.

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Daags voordat Hij gestorven is
heeft Hij het brood genomen:
"Hiertoe ben ik gekomen,
doet dit tot mijn gedachtenis."

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

En alwie Jezus' naam belijdt
zal wonderen verrichten
en als een lamp verlichten
de lange gang van onze tijd.

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Artikelen in dit thema Eenentwintigste zondag door het jaar B